AH-Erlebnis

Het toneelgezelschap van mijn zwager sluit het seizoen traditioneel af met een speciale avond. Dan worden er previews voor het volgende seizoen vertoond, grapjes tussendoor gemaakt en krijg je een voorsproefje van de solo-activiteiten van de acteurs en actrices te zien. Erg gezellig en erg druk bezocht. De foyer van hun repetitieruimte zat behoorlijk vol toen we aankwamen. Een van de aanwezigen herkende ik, maar ik wist zo snel niet waarvan. Terwijl ik mijn herinneringen tevergeefs uitpluisde, zochten we een plekje op de tribune. Mijn zwager vertelde wat we vóór de pauze allemaal konden verwachten en de avond begon. We lagen blauw van het lachen om mijn persoonlijke favoriet Dennis, die je wellicht uit de reclame kent als de kapper die slechts om de klant heendrentelt voor een waanzinnig resultaat. Toen het laatste onderdeel startte, een schitterende vertolking van ‘In den Beginne’ van Bertus Aafjes door Gabby en een gastacteur, wist ik ineens weer waar ik die man eerder op de avond van kende. Dát bedoelen ze dus met AH-erlebnis!

Huwelijksreis

Mijn broer en zijn vrouw zitten in Amerika. Ze wilden, net als wij indertijd, hun fantastische trouwdag afsluiten met een geweldige huwelijksreis. Dus toeren ze bijna vijf weken lang rond in de USA, het tweede thuisland van mijn broer. Sommige dingen hebben ze al gezien en willen ze nog een keer beleven. Andere activiteiten zijn nieuw. Het lijstje ‘schitterende herinneringen voor later’ is al behoorlijk uitgebreid. Zo hebben ze het wildlifepark in Florida bezocht en ‘echte’ aligators gezien. En zijn ze bij de lancering van de space shuttle geweest een paar weken geleden. Het was een prachtige ervaring, zo liet hij weten. De foto’s die we ontvingen, onderstrepen het voor de thuisblijvers. Nog ruim een week (sorry, broer), dan zijn ze weer thuis. Eigenlijk best gek, want de space shuttle is na een verblijf van twee weken in de ruimte afgelopen zaterdag alweer geland!

Massage

Hij is lang. Heel lang. Als hij zijn hoofd buigt onder de te lage deuropening, hoor je een soort grom. Zijn hoofd is haarloos, maar zijn wenkbrauwen zijn dik en zwart. Zijn blik boort zich in de jouwe. Hij is groot. Heel groot. Alles aan hem is groot. Zijn handen zijn als kolenschoppen. Degenen die klaar staan om een hammam-behandeling te ondergaan, kijken elkaar een beetje verontrust aan. Hij draagt bedrijfskleding en loopt doelgericht naar een van de behandeltafels. Als de eerste fysiotherapeut zich meldt, wordt hij bijna besprongen door de gasten die beslist niet bij Hem willen eindigen. Degene die overblijft, slikt zichtbaar een keer. Zijn hand verdwijnt in die van hem. Dan valt zijn oog op de tatouage op zijn bovenarm: like a butterfly I want to fly. In his dreams, ja. Maar de ‘crimineel met voorwaardelijk’ verandert ineens in een vriendelijk ogende masseur. Die een zalige behandeling geeft. Niets zo misleidend als vooroordelen.

Moordstoel

Haast ongemerkt scant hij je lichaam op kwetsbare plekken. Maar dan aarzelt hij niet langer en slaat ongenadig toe. Je hebt geen schijn van kans. Zelfs dénken aan vluchten heeft geen zin: hij is de baas en dat zul je weten ook. Manlief en ik hadden een tijdje terug een perfect getimed dagje Thermen gepland. Een leuk arrangement mét een bezoek aan de massagestoel. Massagestoel? Een moordstoel zul je bedoelen! Maar het was zalig en hij wist precies de knopen in mijn spieren te localiseren en onschadelijk te maken. Ook de hamman-behandeling was een ervaring om niet meer te vergeten en nog vele malen te herhalen. Kortom: Thermen Holiday geef je echt een vakantiegevoel! Morgen kan ik er weer volledig tegenaan voor project B (deadline eind deze week).

Spelen

Een volgens de reclame onverwoestbaar balletje. Een afgekloven zeehond. Een stevig stuk touw met twee flossen. Een tennisbal. Een knuffelpapegaaitje uit Barcelona die krassende geluiden maakt als je op zijn buik drukt. Een paar oude sokken. Een schaap. Een speelgoedbeest waar ze helemaal niet aan mag komen! Een bot. Nog een bot. Een knuffel die ik ooit op de kermis heb gewonnen. Een rendier met drie rode sokjes. Een halsdoekje (?) Een rood sokje van een rendier. Sidney wil spelen. Wij niet.

Eer van je werk

En dan, na maanden van slopende voorbereiding en hoogoplopende irritaties over zaken die niet naar wens verliepen, dan is het zalig als je al je inspanningen ziet resulteren in een onvergetelijk feest. Het was hard werken vandaag (eigenlijk gisteren). Maar ook hard genieten. Het programma zat superstrak in elkaar, de catering en artiesten deden méér dan we hadden verwacht en bijsturing of ingrijpen was nauwelijks aan de orde. Aan het eind van de avond was er zelfs gelegenheid om alle spanningen van me af te dansen. Heb temidden van een grote groep gasten samen met een collega onder luid gejuich Meatloaf geplaybackt! Op de terugweg naar huis kreeg ik een SMS van de directeur: niets dan lofuitingen. Kortom, het heeft heel veel energie gekost, maar nu, ver na middernacht, kijk ik met enorm veel plezier en genoegen terug op mijn werk. Doel bereikt, welterusten!

PS: de man op de foto onderaan net uit het midden (in het rose), dat is nou mijn leidinggevende! (grin)

Werkdruk

Mijn nek zit vast. Mijn rug doet zeer. Ik kan mijn knie niet buigen zonder pijn. Zodra ik de telefoon neerleg, rinkelt hij alweer. Een vraag over evenement A, dat morgenmiddag plaatsvindt. Samen met 1100 klanten een feestje bouwen. Of een mededeling over project B, dat eind volgende week ingaat. Een kleine 160 collega’s krijgen een nieuwe teamindeling en daarvoor moeten ook 400 brieven met inhoudelijke info worden verstuurd. Iemand wil iets weten over de happening in november, waarvoor de bevestigingen gisteren zijn verstuurd. Ruim 200 gasten die een spectaculaire slipcursus aangeboden krijgen. Ik heb om 10 uur ’s avonds nog telefonisch werkoverleg met mijn leidinggevende: een van de collega’s had ineens een briljant idee dat ons een hoop werk scheelt. Het is druk!! Maar ik wissel glimlachend de verschillende petjes en sta de beller keurig te woord. Je hóórt mijn glimlach. En aan het eind van de werkdag gooi ik schatterend de petjes in de lucht! Want al komt de stoom uit mijn oren: dit werkritme heeft toch net even iets meer mijn voorkeur dan me stierlijk zitten vervelen zoals de laatste maanden het geval was.

Papiervisje

Manlief en ik zijn allebei boekenwurmen pur sang. We hadden elk al een omvangrijke boekenverzameling vóór we gingen samenwonen. En door de uiteenlopende interesses zaten er weinig dubbele exemplaren tussen. Toen we tegen een salontafel aanliepen (op zoek naar een lamp) die de vorm had van zes op elkaar gestapelde boeken (een la in elk ‘boek’), waren we gelijk verkocht. En met de verbouwing en verwezenlijking van een droomwens was ook de bibliotheek een feit. Mijn perfecte zondagochtend bestaat nu uit uitslapen en vervolgens ontbijten en koffie drinken in de bibliotheek. Zelfs Floppy is niet meer weg te branden van zijn plekje op de vensterbank, neus in de wind. Dus je kunt je voorstellen hoe ik schrok van dit bericht. Blijkbaar zijn er meer op deze wereld die zich als een (papier)visje in het water (lees: de boekenkast) voelen.

Lijk in de kast

‘Er ligt een lijk in de kast!’ Hij zegt het achteloos, dus ik verwerp de gedachte aan een dramatische kwestie. ‘O ja’, antwoord ik rustig, ‘wat voor lijk?’ In gedachten vul ik het zelf al aan: een vlieg, een spin, een sprinkhaan of ander insect. ‘Van een meisje!’ Zijn toon is onveranderd, dus nogmaals bedwing ik de behoefte overeind te springen. ‘Waar dan?’ De locatie brengt de oplossing. Hij heeft het over mijn pop. Vroeger de spil waar mijn jonge leventje om draaide. Mijn moeder maakte zelfs vaak dezelfde kleren voor mij in het klein na. Nu is ze gepromoveerd tot ‘redelijk antieke kunst’. Het elastiek tussen haar armpjes is versleten, niet geheel onlogisch met zo’n leeftijd. Dus in afwachting van reparatie, had ik haar en de losse armpjes in de boekenkast van de bibliotheek gelegd. ‘Dat is geen lijk!’, stuif ik op. ‘Dat is Roosje! Zij was ooit heel belangrijk voor mij en ze verdient dus minstens respect, ook van jou!’ Ik hou heel veel van mijn echtgenoot. Vooral van zijn rust en gevatheid. Dus helemaal verbaasd ben ik dan ook niet over zijn antwoord: ‘Nou, ik vind het anders een behoorlijk verlept Roosje, hoor, als je haar zo ziet liggen!’

Egeltje

We parkeren de auto in een straat bij ons in de buurt. Op de stoep zit een egeltje. Een egeltje?! Ik kan me niet herinneren dat ik ooit een egeltje in oorspronkelijke vorm heb gezien! En nu zit er eentje hier, midden in de stad! Hij kauwt verstrooid op iets en staart wat om zich heen. Ook als wij bij hem neerhurken, blijft hij gewoon zitten. Manlief raakt hem voorzichtig aan en gelijk rolt hij zich tot een balletje. Dat is in elk geval wel een goede reactie, maar helemaal normaal is het toch niet. Ook Floppy snapt er niets van. Maar nadat hij zijn neus geprikt heeft aan de stekels, neemt hij afstand. We besluiten hem mee naar huis te nemen. Daar belt manlief de dierenambulance, die ons doorverwijst naar het plaatselijke asiel. Het is er druk, dus of we hem even kunnen komen afgeven. In de auto komt het neusje en de voorpootjes voorzichtig weer tevoorschijn, maar hij houdt zijn ogen stijf dicht. De vrijwilligster achter de balie van het asiel is het met ons heen: hij voelt zich duidelijk niet lekker. Misschien heeft hij slakkengif gegeten, of melk gedronken. Dat laatste is in tegenstelling tot de kinderverhalen helemaal niet goed voor egeltjes. Ze belooft de egelopvang in Roosendaal te waarschuwen. Daar wordt hij goed verzorgd en als hij is opgeknapt, wordt hij weer vrijgelaten. Als ze met hem wegloopt, zwaai ik nog een keer. Dag egeltje! Wat goed dat er zulke instanties zijn!