Goedheilig

Erik“Doen jullie aan Sinterklaas?” Ik aarzel, net te lang. Mijn geloof is nog steeds onverminderd sterk. In de échte Sint Nicolaas en de échte Hoofdpiet. Maar mijn vertrouwen wankelt de laatste jaren, door alle discussies, ruzies, vernieuwingen, gedoe. Het feest is niet bedoeld om iemand te kwetsen, en het is heel naar als dat wel zo overkomt. Daardoor is het niet meer zo leuk als het was. Hij praat verder, vertelt over z’n zoontje dat gisteren vergeten was om zijn schoen te zetten. Vanuit zijn bedje had vader moeten beloven om er een mandarijntje bij te leggen, ondanks de tegenwerpingen dat Piet zonder liedje of tekening waarschijnlijk niet langs zou komen. De teleurstelling vanochtend dat het mandarijntje inderdaad onaangeroerd naast het schoentje lag, was groot. Maar terwijl hij verdrietig zijn spullen voor school ging pakken, stopte papa snel een chocolade munt in de schoen, helemaal voorin. Dezelfde overigens als die van een paar dagen eerder. Het gezicht van het jochie toen zijn tenen toch iets voelden, de onverholen blijdschap bij het zien van het snoepgoed, het vertrouwen dat Sinterklaas alles ziet en alles weet! Ik zag het zo voor me en genoot immens mee. Terwijl we weer aan het werk gaan, merk ik dat zich in mijn hoofd ideeën beginnen te vormen. Voor aardigheidjes, verrassingen, sommige zelfs al met flarden van een rijm. Eind volgende week staan de kerstbomen weer in ons huis. Maar eerst nog even genieten van het kinderfeest. Heerlijk.

Warmterecord


“Morgen mogelijk warmterecord” Ik hoor het en ik lees het. En dus kleed ik me vandaag niet al te dik aan voordat ik de deur achter me dicht trek. Spijkerrok, shirtje, panty, suede laarsen en mijn favoriete blauw-leren jasje. ik fiets naar het station en pak daar de trein naar mijn afspraak. Tijdens de terugreis ben ik verdiept in mijn mailbox en het afroepen van mijn woonplaats verrast me. Snel pak ik mijn spullen. Ik wens de meneer die op mijn fiets (en vele andere) heeft gepast een fijne middag en verlaat het station. Buiten kijk ik naar de grijze lucht. Gelukkig hoef ik maar een minuut of tien naar kantoor te fietsen. Maar ik ben de straat nog niet uit of regen valt met bakken naar beneden. En daar is geen woord van overdreven. Als ik over de drempel van ons kantoor stap, doet mijn collega moeite haar gezicht in de plooi te houden. Tevergeefs. Ik ben tot op mijn huid nat. Snel doe ik mijn laarzen en jasje uit. En sluiten we in overleg de deur, zodat ook mijn rok over de verwarming kan drogen. Met een grote kop warme thee in mijn handen zie ik hoe het weer buiten opklaart: al snel is er geen vuiltje meer aan de lucht. Ik lach erom, heb weinig andere keus. En ga dan weer snel aan de slag. Maar ik neem me plechtig voor nooit meer zonder regenjas de deur uit te gaan. Warmterecord of niet.

Smaakjes

Ik ben dol op smaakjes, of het nu om thee, koffie, jam of stoofvlees gaat. Zo kennen de repen van Tony Chocolonely geen geheimen voor mij, al vind ik ze beslist niet allemaal even geslaagd. Ik kan je het verschil vertellen tussen thee van Pickwick, Twinings en Lipton, en de overheerlijke Milford uit Duitsland en Oostenrijk. Aangezien ik een Starbucks-fan ben, kijk ik reikhalzend uit naar hun seizoenssmaken. Vooral Pumpkin Spice Latte, die helaas maar kort verkrijgbaar is. En zelfs het bereiden van stoofvlees wakkert mijn creativiteit aan. Het laatste experiment betrof de toevoeging anijs (en is gelijk een blijvertje). Dus toen mijn collega vertelde dat Nespresso haar koffiekleuren heeft uitgebreid, had ze gelijk mijn volle aandacht. Vooruitlopend op de feestmaand kun je tijdelijk kiezen uit cocos en vanille, sinaasappelschil met een vleugje chocolade of drop met snoepgoed. Toeval wil dat ik gek ben op alle drie! Maar in combinatie met koffie …? Dit vraagt om een officieel proeverijtje. Zo gezegd, zo gedronken. En tegen alle verwachting in, steekt de variant ‘drop met snoepgoed’ er met kop en schouders bovenuit. Ik vraag Manlief gelijk om er bij de volgende bestelling rekening mee te houden. Dit smaakt naar meer! En daar verheug ik me nu al op.

Ge-ont-tante-d

img_3738Het is koud buiten. Nog steeds royaal boven het vriespunt, maar toch betreur ik het dat ik mijn handschoenen thuis heb gelaten. Ik loop met Darwin naar mijn moeder om daar Sydney uit te laten. Als ik de voordeur open, hoor ik mijn neefje van ‘vier-en-een-half’ praten. Hij kijkt verheugd op: we zijn dikke vriendjes, hij en ik. Maar zijn glimlach is niet zo blij als die van mij: “Wat ontzettend fijn dat jij bij oma bent!” Mij inmiddels kennend, is hij gelijk op zijn hoede. “Waarom dan, tante Dorine?”, vraagt hij achterdochtig. Ik loop naar hem toe: “Omdat ik heel koude handen heb. En omdat jij een heel warme buik hebt!” Hij schatert het uit en duikt weg. Maar niet snel genoeg. “En een warme rug”, zeg ik terwijl mijn hand in zijn t-shirtje duikt. “En een warm oor!”, voeg ik eraan toe als ik mijn andere hand om zijn gezichtje leg. Hij giert het uit van de pret en probeert aan mijn gegrabbel te ontkomen. Als hij uiteindelijk in een andere hoek van de kamer staat, kijkt hij me gemaakt boos aan. “Dat is helemaal niet lief, hoor. Als je zo bent, mag je niet meer mijn tante zijn!” Beteuterd druip ik af en beloof ik beterschap. Plechtig. Die vanaf veilige afstand wordt geaccepteerd. Die afstand. Voor alle zekerheid. Want tantes blijven tantes. Ook als ze gewaarschuwd zijn.

Flappende vissen en neerwaartse honden

En zo lig ik dan ineens in de voormalige bakkerij van Daniël op een yogamatje. Het pand waar eerst mijn favoriete levensmiddelenzaak was gevestigd, is nu verhuurd aan een ontspanningscentrum. Met kennismakingssessies yoga. De leraar gaat gelijk ontspannen in een onmogelijke houding zitten: “Dit hoeven jullie nog niet te kunnen, hoor!” Hij licht de eerste oefening toe: “We beginnen met de omlaag kijkende hond.” Ik kraak aan alle kanten, maar ben gelukkig niet de enige, we zijn hier duidelijk met een reden. Vanuit de hond duiken we in een cobra om vervolgens via een flappende vis in een boom-houding te gaan staan. Ik volg keurig de aanwijzingen en merk dat er gaandeweg rust over me heen komt. Mijn persoonlijke doel van de sessie. Na een uur hoor ik het geluid van een triangel: de afronding. Languit gestrekt met gedempt licht ademen we diep in en uit. ‘Laat al je zorgen en spanning via je vingertoppen en tenen je lichaam verlaten!’ Ik voel een golfslag verdwijnen en hoor het denkbeeldig tegen de plinten klotsen. Heerlijk! Als we naderhand in de kleedruimte onze schoenen weer aantrekken, zie ik ontspannen gezichten om me heen. Ik sta graag met mijn voeten stevig op de grond. Maar merk dat deze les me goed heeft gedaan. Thuis praat ik nog even met Manlief na en rol dan mijn bed in. Ik slaap lang, diep en zorgeloos. Wat mij betreft voor herhaling vatbaar.

Goed bezig!

Het onderhoud aan ons huis heeft de laatste paar jaar niet echt veel aandacht gehad. Ik vind klussen, verven en plamuren op zich geen vervelend werk. Maar een tijdlang was het onzeker of we gingen verhuizen of niet. Hadden we niet veel zin om tijd en geld te investeren in een onzekere situatie. En nu het “niet” is geworden, moeten we eraan geloven. Dus planning gemaakt, spullen gehaald en aan de slag. Wanden, plafonds, trapleuning: niets is veilig voor mijn scherpe blik. De tubes sneldrogende plamuur zijn niet aan te slepen. De meneer bij het grofvuil kent mijn naam al. Ruimtes, deurstijlen en drempels die eerder het stempel ‘kan net’ kregen, worden onder handen genomen onder het mom van ‘toch bezig’. Als extra verlof geen optie is, offeren we weekeindes op. En het einddoel komt steeds dichterbij.  Na weer een dag afvinken, zak ik onderuit zak op de bank. Manlief kijkt me aan: “Goed bezig, trots op ons!” Ik strek mijn pijnlijke spieren. Afgelopen week werd ik nog zes jaar jonger geschat, maar ik voel me tien jaar ouder! Ik geniet van de frisse kleuren en de strakke lijnen om me heen. Neem me voor als ik straks toch op moet staan eerst maar eens die tube Midalgan of tijgerbalsem op te zoeken. Maar inderdaad: goed bezig! Nog heel even volhouden. 

Echt ongelooflijk!

Ooit las ik dat de mens geneigd is om het tegenovergestelde te beweren van een stelling. Natuurlijk gedrag. Ik zeg dat jij altijd … En je eerste reactie zal zijn dit te ontkennen. Of, als je dit leest, te reageren dat je dat helemaal niet doet! Volg je ‘m? Monty Python’s Life of Brian had zo’n scène: “You are all individuals!” “I’m not.” Dus toen ik het resultaat van dit onderzoek las, was mijn eerste reactie: “Echt niet!” Om vervolgens te beseffen dat ik me hieraan inderdaad de laatste weken schuldig aan heb gemaakt. Ongelooflijk toch! Dat bedoel ik maar.

Goede voornemens

“Je schrijft niet veel meer, he?” Ik knik. Het is druk. Heel erg druk. Er zijn alternatieven om mijn gedachten te verwoorden. Heel veel alternatieven. Ik schrijf al jaren korte onderhoudende stukjes. Heel veel jaren. Maar toch. Ergens kriebelt het weer. En het kriebelt steeds vaker. Ik open de statistieken en zie dat er nog steeds bezoekers zijn op dsdays.com. Hopend, nieuwsgierig, vasthoudend. Grappig, en ook fijn. Het kriebelt nog wat nadrukkelijker. En dan, dan neem ik ineens een besluit. Hoezo wachten op 1 januari? 5 november is een prachtige dag voor goede voornemens. Als ik er even voor ga zitten, heb ik no-time een prachtig lijstje. De laatste verbouwingsactiviteiten inplannen: check. Herstarten met hardlopen: check (en genoten!) Een proefles yoga reserveren: check. De (on)mogelijkheden bekijken voor een gezamenlijke wintersport met moeder en broer met z’n gezin: check. En dus een stukje op dsdays.com schrijven. Bij dezen. Check!