Wintersport

De eerste keer sinds twee jaar weer de wekker om 5 uur. Uit de koelkast verschijnen zes gevulde lunchpakketjes. We verzamelen bij mijn moeder. De eerste grapjes over het verschil tussen een Audi en een Agila die 925 kilometer gaan rijden. Om 7 voor half 7 vertrekken we. Na een aantal uren het eerste telefoontje: waar zitten jullie? Ha, dan rijden wij daar nog voor! De eerste blik op meer dan een meter sneeuw. Het moment dat ons hotel om de hoek verschijnt. De hartelijke omhelzing van de eigenaren en de bedrijfsleider. Op het balkon weer die met niets te vergelijken heerlijke berglucht inademen. Genieten van een vol en warm bad, letterlijk en figuurlijk. De eerste keuze uit de lijst met cocktails. Huilen van het lachen om elkaars plagerijtjes. Vanavond een galadiner, dus ook gelijk netjes aan tafel. De eerste keer weer binnen drie seconden in slaap vallen zodra mijn hoofd het kussen raakt. De eerste dag van de wintersport in Oostenrijk zit er weer op.

Snurken

Ik word wakker van een geluid. Een soort raspend, schurend geluid. Gesnurk! Nu stam ik af van een familie notoire snurkers aan vaders kant. Mijn eigen vader snurkte zelfs zo erg, dat buren op de camping hun tent of caravan naar een plek zo ver mogelijk van onze caravan verhuisden. En mijn opa en oma snurkten tijdens de voorjaarsvakantie ’s middags in koor! Zou ik van mijn eigen snurken wakker zijn geworden? Maar ik ben nu wakker en ik hoor het nog steeds. Ik kijk naar manlief, die met een engelachtige trek op zijn gezicht naar me toegewend ligt. Hij ademt langzaam en diep. Ook als ik ‘m zachtjes por, verandert zijn ademhaling niet. En het snurken klinkt nog steeds. Ik draai naar de andere kant en kijk naar beneden. Daar ligt de dader, zich onbewust van het kabaal dat hij veroorzaakt. Floppy is de kleinste van ons gezin, maar dat weerhoudt hem niet om ’s nachts een fors aantal decibellen te produceren. Toch eens op Google opzoeken of je van die neusstrips voor honden hebt.

Herinnert u zich deze nog?

Hij herhaalt zijn vraag: ‘Ik vroeg waarom je zo diep in gedachten verzonken zit.’ Ik had manlief niet eens gehoord. We zitten naar een film op de commerciële zender te kijken. En in het reclameblok trekt een van de commercials mijn aandacht. Een M&M is alleen maar een M&M als er een M op staat. Die heb ik toch eerder gehoord? Was het ooit niet een reclame voor Bros? Maar gelijk zie ik het gezicht van Adele Bloemendaal voor me en hoor ik haar stem: ‘Brosbrosbrosbrosbrosbrosbros!’, gevolgd door een schaterende lach. Gelukkig staat ook dit antwoord ‘gewoon’ op internet. Rang ging eerder met deze slogan aan de haal. Manlief stelt nog meer vragen: ‘Petje Pitamientje? Zo in mijn sas met …? Vakmanschap is meesterschap? Ik ga bij Japie wonen? Schat, staat de …. koud? Het hagelt, het hagelt, grote korrels … !’ Ik ken ze bijna allemaal. En ik dacht nog wel dat ik nauwelijks naar reclames keek!

Bereikbaarheid

Ik zit thuis te werken. En heb het eigenlijk eerst zelf niet eens in de gaten. Naast me ligt de zakelijke telefoon, die regelmatig gaat. Voor me ligt de prive-telefoon. Mijn moeder heeft zojuist gebeld met de vraag of ik straks even een boodschap voor haar kan doen. En op mijn agenda ligt mijn mobieltje. Een SMS: manlief heeft vertraging dus ik hoef me niet te haasten om hem straks op te halen. Weer hoor ik gerinkel en ik kijk van de een naar de ander om te bepalen welke telefoon ik moet beantwoorden. Soms gaat bereikbaarheid wel heel veel. Eigenlijk te ver. Maar wie krijgt er in deze tijd nou niet minstens een ongemakkelijk gevoel als je je mobieltje bent vergeten van de oplader te halen?! En belt minimaal de partner om mede te delen dat hij of zij lastiger bereikbaar is. Ik vrees dat het merendeel van jullie schuld moet bekennen. Net als ik zelf.

De eersten zullen de laatste zijn

Met een pakje boter sluit ik aan in de rij bij de kassa. Ik ben in gedachten met mijn werk bezig en merk pas dat er wat vertraging is als de mevrouw voor mij me aanspreekt. ‘Ja, ik heb het heus wel gezien, hoor, dat u alleen maar dat pakje boter heeft. En normaal gesproken laat ik altijd mensen voor me gaan die maar weinig boodschappen hebben. Maar als ik dan eens een keer haast heb, dan laat niemand me ertussen. Dus u bent de eerste: iedereen wacht voortaan maar gewoon op zijn eigen beurt. En u dus ook!’ Mijn leidinggevende heeft me er bij het laatste beoordelingsgesprek nog zo voor gewaarschuwd. En toch gebeurt het me weer: mijn antwoord floept eruit voordat ik er zelf erg in heb. ‘Als iedereen alleen maar aan zichzelf denkt omdat een ander dat ook doet, dan wordt het wel heel ongezellig allemaal!’ Ik schrik er zelf een beetje van. Maar ze kijkt me nadenkend aan. ‘Daar zegt u zowat. Zo heb ik er nog niet eens aan gedacht. Dat zou wat zijn ….’ Inmiddels heb ook ik mijn pakje boter afgerekend. Ik pak het op, knik nog even naar haar en loop naar de hoofduitgang. Ze glimlacht naar me en vertrekt dan met haar boodschappen naar de andere uitgang. Toch fijn dat je met een onhandige actie iets goeds kunt doen.

De Fuik

Manlief kreeg van zijn vader en diens echtgenote een etentje cadeau. Voor zijn verjaardag. Zijn broer en diens partner mochten zich verheugen op eenzelfde cadeau. En omdat ze mij natuurlijk niet moederziel alleen konden laten, mocht ik ook mee. Door allerlei omstandigheden duurde het een tijdje voordat we een datum hadden gevonden waarop iedereen kon. De Fuik in Aalst werd als verjaardagenfeestlocatie gekozen. Mijn tijdelijke leidinggevende had hier al een keer lyrisch over gesproken, dus ik verheugde me er immens op. Toen de eigenaar ons verwelkomde en met name het dagmenu aanraadde, gingen we al snel overstag. Het begon met een schuimig kreeftsoepje, een amuse met gember en Hollandse garnaaltjes en een klein stukje ganzelever. Op tafel stonden miniatuurboterhammetjes met boter en ook het glas wijn smaakte naar meer. Toen kwam het eigenlijke voorgerecht: op Oosterse wijze bereidde kreeft met kikkererwtjespuree. Als tussengerecht werd op de huid gebakken wilde zeebaars geserveerd. Gevolgd door het hoofdgerecht: fazant met zuurkool. Volgens de eigenaar onvergetelijk. Het toetje kreeg hetzelfde predikaat: Luikse wafeltjes met een sabayon van Bastogne-koeken en Bastognekoek-ijs. En alsof dat nog niet genoeg was, werd bij de koffie naast de bonbonnetjes en amandelkletskoppen een chocoladebommetje, gepresenteerd als bloem, geserveerd. Zelden heb ik lekkerder en gezelliger gegeten dan gisterenavond. Ik kan je een ding vertellen: De Fuik heeft mij beslist in haar netten gevangen!

Ouderschap

Sinds mijn broer vertelde dat hij medio dit jaar papa wordt, ben ik zeer geinteresseerd in alles wat met babies te maken heeft. Manlief en ik hebben bewust gekozen voor een kinderloos leven. Maar tante worden is wel heel leuk. Dus blader ik door catalogussen met kinderkamers, kinderkleding en kinderspeelgoed. Ik schakel in op programma’s met opvoedkundige tips. En kijk ineens heel anders naar de babyfluisteraar. Als ik op onze bedrijfsmarktplaats een koloniale mahoniekleurige houten kinderstoel zie staan, aarzel ik geen moment. Een paar mailtjes later ben ik de gelukkige eigenaar in spe. Enthousiast sms ik mijn broer: ‘We hebben een kinderstoel voor Peanut gekocht’! Waarop broer net zo opgewekt terug-sms’t: ‘Maar het duurt nog wel even voor hij kan zitten, hoor!’ Beduusd lees ik zijn berichtje. O ja. Als het in juni wordt geboren, duurt het toch zeker een half jaar voordat de stoel wordt getest. Dat is jammer! Als ik het verhaal tijdens de verjaardag van Bart z’n nichtje tegen mijn zwager vertel, heeft hij de oplossing. We mogen zijn tweejarige dochtertje met alle plezier een uurtje huren voor een proefzit. Waarop hij eraan toevoegt, dat meerdere uren goedkoper is. Ik kijk manlief aan. Het was een juist besluit. Want bij sommige (aanstaande) ouders schieten er blijkbaar als bijwerking gelijk een paar steekjes los.

Stil

Onze laptop is stuk. Van het een op het andere moment wilde hij niets anders laten zien dan een blanco scherm. Hoe ik ook op ‘m inpraatte en hoe manlief zijn technische talenten ook op ‘m botvierde: het bleef stil. De meneer in de winkel keek heel geleerd. Misschien omdat ik als vrouw in een winkel vol computersnufjes stond. Of omdat ik ‘de taal’ niet sprak. In elk geval had hij er zelf alle hoop op dat het wel goed zou komen. Hij noemde me nog net niet ‘mevrouwtje’. Ik keek toe. Vol vertrouwen drukte hij op een knopje. Waarop ik uiterst irritant natuurlijk vertelde dat ik dat al had geprobeerd. Meneer keek me even over zijn bril aan: ‘Dat zal wel, ja’. Toen duwde hij een paar knopjes tegelijk in. Maar ook die combinatie kende ik al. Langzaam verschenen er blosjes op zijn wangen en druppeltjes op zijn voorhoofd. Zelfs een opstart-cd leverde geen positief resultaat op. Uiteindelijk gaf hij het met tegenzin op: de laptop moest naar de pc-dokter. Hij zou nog wel bellen en ik kreeg een briefje mee naar huis voor manlief. Sindsdien is het stil. Heel stil. Het enige wat je hoort is gekissebis tussen manlief en mij. Wie er achter de computer op het bureau mag zitten. Dus als je je afvraagt waarom het een beetje stil is op D’s Days: manlief is sterker dan ik.

Boeken en Films

Ineens wilde ik alle Harry Potter DVD’s tot nu toe zien. Het was alweer een tijdje geleden. Met de kerstdagen zijn een aantal delen uitgezonden op televisie, maar toen was ik er niet voor in de mood. En nu wel. Manlief is een echte Muggle maar keek niettemin toch met anderhalf oog mee. Ik genoot, vooral omdat je de acteurs ook ziet groeien, letterlijk en figuurlijk. Toen deel 5 was afgelopen en bleek dat ik nog even moet wachten op de volgende film, greep ik naar het boek. En eerlijk is eerlijk, eigenlijk merk ik nauwelijks verschil. Wat ik lees, zie ik voor mijn ogen, met dezelfde spelers. In mijn oren hoor ik hun stemmen. Ik geniet een stuk langer, omdat een Engels boek lezen nu eenmaal tijd vraagt. Kortom, ik weet zeker dat ik na de laatste bladzijde ga voor het cliché: ‘Ik vond het boek toch beter! Maar ik kan niet wachten tot 16 juli!

Geluksvogel

Rondom kerst besteden heel wat leveranciers speciale aandacht aan hun klanten. Om een beetje in beeld te blijven. Zo kreeg onze afdeling een kerstbrood van een meter met snijplank, roomboter en mes. Het brood heeft er niet lang gelegen, het smaakte prima. En hoewel niet iedereen enthousiast was, waren een paar collega’s ook geïnteresseerd in de houten snijplank. We besloten ‘m te verloten. Ik verzamelde alle namen en schreef ze op een briefje. Ook mijn eigen naam zette ik erbij. Leuk om op een feestje of zo toastjes op te serveren. Ik vroeg een collega om een lootje te trekken. En wat denk je: ik had ‘m gewonnen! Maar iedereen barstte in lachen uit. Toen ze mijn verbaasde blik zag, zei een van hen: “Weet je heel zeker dat jouw naam niet ook op al die andere lootjes staat?” Ik lachtte net zo hard mee. En liet natuurlijk het bewijs zien. Want wie het laatst lacht, lacht het best!