“Die Franse appeltaart van Rutger, dat zou fantastisch zijn als je die wilt maken.” Mijn bonusschoonmoeder is jarig. Een speciale verjaardag. En ze weet dat ik graag bak. Ik hoor regelmatig dat ik me zou moeten opgeven voor Heel Holland Bakt. Maar dat is echt teveel eer: zo bijzonder ben ik nu ook weer niet. Goed, taart van Rutger dus. Ik vind het recept en bestudeer het. Het is niet heel moeilijk, maar er zitten wel een paar mogelijke valkuilen in. Waar ik normaal mijn gevoel volg, doe ik nu dus nauwgezet wat het recept voorschrijft. En mompel soms een gecensureerde krachtterm. Als ik de taart de oven inschuif, kruis ik mijn vingers van beide handen. Af en toe spiek ik door de overruit en zie gelukkig niets verontrustend. Een heerlijke geur trekt door het huis. Na een uurtje laat ik het resultaat aan Manlief zien. Met een plaatje van Rutger’s taart. Hij complimenteert me uitbundig: “Ik zie geen verschil, hoor.” Nu maar hopen dat de smaak ook goed is. Heel Holland Bakt? Daar kijk ik naar. Want dat is zeker zo leuk!
Auteur archief
Hot dog in het kwadraat
Het is vrijdagmiddag. Het brood is op. Het beleg is nagenoeg op. En het regent. Volop ruimte dus om met mezelf te doen te hebben. En creatief na te denken. Maar Darwin moet eerst naar buiten, zij het met zichtbare tegenzin. We lopen naar het park aan het eind van de straat. Ik zie een bordje staan: “Je bent er bijna, je vindt ons om de hoek!” Nieuwsgierig lopen we verder. Een broodjeszaak komt in beeld: Mr Hotdog. Alsof het zo heeft moeten zijn! Ik bind Darwin vast aan het fietsenrek, waar heel toepasselijk ook een bak water voor de hond staat. En ga naar binnen. Twee vriendelijke mannen vertellen hoe het werkt en wat op dit moment een Hot hot dog is. Terwijl ze met mijn bestelling aan de slag gaan, komt er nog iemand binnen. En nog iemand. Als mijn broodje klaar is, bedank ik hen en loop naar buiten. Daar wacht Darwin me gespannen op. Ook hij ruikt de heerlijke geuren die uit het pakketje komen. We besluiten ter plekke om de korte route terug naar huis te nemen (ook omdat Darwin tijdens het wachten nat is geworden van de miezerregen). Onderweg kan hij zich nauwelijks bedwingen: hij springt op en neer en blaft dwingend. Een hot dog in het kwadraat. Als het broodje eindelijk op een bordje ligt, neem ik de proef op de som. Goedkeurend knik ik Darwin toe: het smaakt verrukkelijk. Hij mag een heel klein stukje proeven. Omdat het vrijdagmiddag is. En omdat hij mijn all time favorite dog is. We komen hier zeker terug!
Tranen over de wangen
Al jaren volg ik de Britse komiek Michael McIntyre op social. Hij vertelt op een hilarische wijze over gebeurtenissen in zijn dagelijks leven. En vult daarmee zonder enige moeite in eigen land zalen met 10.000 bezoekers. Dagen achter elkaar! Zijn humor is enigszins vergelijkbaar met die van Jochem Meijer met een Engelse touch. Regelmatig bekeek ik opties om het Kanaal over te steken en hem live te zien. Maar de kaartjes zijn meestal binnen een paar uur volledig uitverkocht. Een paar maanden geleden kwam ik toevallig op een website, die “jou ‘als eerste’ informeert over nieuwe optredens van jouw favoriete artiesten”. Zonder veel hoop gaf ik mijn e-mailadres op. En tot mijn grote verbazing kreeg ik een paar weken later een berichtje, dat hij naar Rotterdam kwam in het nieuwe jaar! Snel klikte ik verder en inderdaad: op rij 11 waren twee prachtige plaatsen beschikbaar. Zo tof! Gisterenavond was het zover: Manlief (aangestoken door mijn enthousiasme) en ik keken vol spanning naar het podium. Supportact Jake Lambert warmde de zaal op. En toen Michael het podium betrad, ging het dak eraf. We volgden moeiteloos de Engelstalige show en keken mee door zijn ogen naar zijn korte verblijf in Nederland. Tranen rolden rijkelijk over de wangen bij het horen van zijn ervaringen met diëten. En zoals hij zelf opmerkte: hoe bijzonder dat werkelijk niemand naar het mobieltje reikte, maar onafgebroken naar zijn persoon keek. Je wilde geen seconde van zijn show missen! Ruim anderhalf uur later liepen we terug naar de auto, samen met andere opgetogen bezoekers. “En?” vroeg mijn collega vanochtend. “Was het het waard?” Jazeker! Het was Magnificant!
MeDays
“Ik voel me zo beroerd! Het gaat niet lukken vandaag.” Ze klinkt verdrietig. Mijn moeder en ik zouden vandaag naar zee rijden met de hondjes. Voor een zalige winterwandeling. Maar net als vorige week is ze op het laatste moment ziek. Alweer. Terwijl we ons er zo op hadden verheugd. “Niets aan te doen, gewoon andere keer”, troost ik haar. En kruip zelf ook wat dieper onder de dekens. Vorige week heb ik mijn vrije dag ingetrokken en ben ik aan het werk gegaan. Maar vandaag is het MeDay. Ik word weer wakker als Manlief (die thuis werkt) een kopje koffie naast mijn bed zet. Het is bijna tien uur. Genietend drink ik het op mijn gemak leeg. Dit alleen al is een feestje. Dan stap ik uit bed en onder de douche. Ik hoef helemaal niets van mezelf vandaag. Ik laat de was de was, de strijk de strijk en de Milieustraat de Milieustraat. In plaats daarvan neem ik de honden mee voor een lange wandeling langs het meer in het bos. Heerlijk met deze vrieskou. Eenmaal thuis kruipen we met z’n allen onder een dekentje op de bank en kijken een gezellige film. “Sorry dat ik ook jouw dag heb verpest”, zegt mijn moeder als ik haar kippenbouillon en een beschuit geef. Ik knuffel haar stevig. “Ik heb een heerlijke dag gehad”, stel ik haar gerust. “En het leuke is dat er binnenkort nog een op de planning staat!”
Goede buren
“Hoi, met mij. Wanneer heb jij de buurvrouw voor het laatst gezien?” Daar moet ik even over denken. “Haar dochter belt mij net. Ze krijgt haar de hele dag al niet te pakken, en dat is opmerkelijk. Jij hebt toch haar sleutel?” Gelijk bekruipt me een gevoel van onrust. Ze is in de zeventig. Nog fit, actief en aanwezig. Het zal toch niet? We ontmoeten elkaar voor haar voordeur. “Laat mij maar eerst gaan”, zegt hij. Alle lampen zijn aan, en haar hond is door het dolle heen. Maar aangezien we haar favoriete oppassers zijn, is dat nog niet zo vreemd. We kijken in alle kamers en zelfs op het balkon, al zou dat voor dit tijdstip van de avond een ‘bijzondere’ plek zijn om haar te vinden. Maar ook daar is ze niet. Haar telefoon ligt naast het bed aan de lader. Ik voel aan een pannetje op het fornuis: het is koud. “Er ligt nergens ontlasting van de hond, dus die is in elk geval vandaag uitgelaten”, zeg ik. “Maar haar jas hangt aan de kapstok.” Natuurlijk kan ze meer jassen hebben, daar letten we eigenlijk nooit zo op. “Op dit moment kunnen we weinig meer doen”, zegt hij. We bellen haar dochter met een update, leggen een briefje en voor de zekerheid neemt hij de hond mee. Als ik thuiskom, zegt Manlief: “Heb je haar favoriete café aan het begin van de straat al gebeld?” En even later klinken de verlossende woorden: “Ja hoor, ze zit hier!” Als we haar op de hoogte brengen, schrikt ze eerst. Dan moet ze lachen, en zegt: “Het voelt wel heel fijn en veilig. Ik woon alleen. Heerlijk dat ik zulke buren heb.” En daar zijn hij en ik het helemaal mee eens!
Alles op groen
Gapend stap ik om 7 uur onder de douche. Het was zo gezellig gisterenavond. Maar eigenlijk veels te laat voor deze drukke zaterdag. Even doorzetten dus. Manlief zet een kop koffie voor me neer die ik dankbaar aanneem. Dan pak ik de boodschappentas en het lijstje van mijn moeder. Normaal is het druk en kost het tijd om alles in de winkelwagen te leggen, maar vandaag gaat het op rolletjes. Terug thuis ruimen we alles op en ontbijten snel. Dan ga ik aan de slag. Als ik een appje krijg ‘Rijden nu de straat in’ staat alles voor de Milieustraat al buiten. Na een allerhartelijkste begroeting gaan de handen uit de mouwen. In acht (acht!) minuten liggen 40 m2 vlonders, twee tuintafels en wat los hout op de aanhanger. Top! Hoopvol draaien we tien minuten later de Milieustraat in: slechts twee (twee!) auto’s vóór ons! Nog voordat het uur voorbij is, zitten we terug thuis aan de koffie met iets lekkers. Na een allerhartelijkst afscheid rijd ik met de boodschappen naar mijn moeder. “Ik pak even jouw auto om kerstbomen te halen!” En weer zit alles mee: een half uur later ligt er een prachtige boom in de tuin van mijn moeder te wachten op het optuigen en twee geweldige bomen in onze gang met dezelfde wens. Een mail van PostNL: “vergeet je pakketje niet”. Het is ‘per ongeluk’ niet hier verderop in de straat bezorgd, maar twintig minuten rijden met de auto! Niettemin is de ontvangst zeer vriendelijk en ben ik binnen drie kwartier weer thuis. Precies op tijd om onze BeagleVriend en de hondjes te verwelkomen. We gaan gezellig samen shoppen voor zijn nieuwe badkamer, en met een prima resultaat! Hij trakteert op koffie met een punt cheesecake als dank voor de adviezen. Als Manlief om 17 uur een glas wijn voor me inschenkt, vraagt hij: “En?” Ik knik. Vandaag stonden alle stoplichten op groen. En ik ben blij. Heel blij. Nu gaan alle seinen op rood en ga ik genieten van een actieloos weekeind. Enjoy!
Amateuristisch
“Als jullie dan toch binnenkort op ons dakterras bezig zijn”, vraag ik door de telefoon, “kunnen jullie dan een dakpan op het dak ernaast vervangen? Die is kapot gewaaid twee weken geleden.” Ik vertel dat ik de dakpan amateuristisch heb gemaakt, maar dat het nog steeds lekt in het pand eronder. Gelukkig dit keer op een minder ongelukkige plek. Maar het moet wel worden gemaakt. En bij voorkeur door iemand die weet hoe dat moet. De dakdekker bevestigt dat zijn bedrijf dat kan regelen. En vraagt of ik wat foto’s wil sturen, zodat ze de juiste dakpan kunnen meenemen. Een uur later belt hij terug. “Mijn collega en ik hebben de foto’s goed bekeken en zelfs uitvergroot. Maar we zien geen breuklijn. Dit is zeer professioneel gerepareerd en de dakpan hoeft volgens ons dus niet te worden vervangen. Complimenten, hoor.” Even is het stil. Dan zeg ik heel voorzichtig: “Het vriest, dus het dak is glad. De pan die stuk is, ligt aan de andere kant. Ik heb als voorbeeld een foto van een dakpan aan deze kant gemaakt.” De man schatert het uit en belooft nog nalachend dat het in orde komt. “Ik weet niet wat u voor de kost doet”, zegt hij afsluitend. “Maar als u zulk werk aflevert en dat amateuristisch noemt, dan kunt u vanaf morgen bij mij aan de slag!”
Meters en meters dak
Na drie lekkages in een paar maanden tijd kunnen we het niet langer negeren. Ons dakterras moet gerenoveerd. En het kan niet al te lang meer wachten, ook al is het potje ‘Renovatie’ ver leeg. Dus we kiezen een gerenommeerd bedrijf met een financieel haalbare offerte. En maken een planning. Want ons dakterras is niet leeg. En dat moet het wel worden. Vlonder na vlonder wordt verwijderd. Ik tel meer dan 30 regenwormen op één hoog, tot grote vreugde van naburige vogels. Hulp vragen is niet eenvoudig, maar gelukkig weet mijn oud-collega en haar man dat ook. En zij zeggen “ja, natuurlijk!” als ik vraag of zij volgende week 39 m2 vlonders naar de Milieustraat kunnen brengen. We rijden vandaag zelf al drie keer met wat er wel in onze auto past: oude bloempotten, half vergane plantenbakken en een conifeer die niet meer wil. Als de meneer van de Milieustraat het voor gezien houd, volgen wij zijn voorbeeld. Morgen weer cq nog een dag. Nu tijd voor een warme douche, comfortabele kleren en een goed glas wijn. Wordt vervolgd.
Ik zie wat jij niet ziet
“Zie je niets aan mij?” vraag ik mijn collega tijdens onze digitale koffie. Even kijkt ze niet begrijpend, en buigt zich dan geconcentreerd wat dichter naar het scherm. “Neeeeeeee …?”, antwoordt ze, nog steeds zoekend. Ik grijns: “Ik heb tijdens de lunchpauze een afspraak bij de opticien. En heb daarom mijn contactlenzen niet in.” Ze schiet in de lach: “Ja, duh, dat kan ik toch ook niet zien!” We wisselen nog even wat weekeindplannen uit en gaan dan aan het werk. Tegen twaalf uur spring ik op de fiets en rijd naar het centrum. Een vriendelijke meneer verwelkomt me. “Ik draag al 35 jaar contactlenzen”, licht ik toe. “Maar je collega adviseerde me laatst om een reservebril aan te laten meten. Voor het geval er een keer iets gebeurt, bijvoorbeeld onderweg met de auto naar een afspraak.” Hij knikt. Uiteraard heb ik ook reserve contactlenzen, maar dat is veel meer gedoe dan snel je bril uit het dashboard pakken. De techniek is sindsdien wel veranderd. Vroeger kreeg je een montuur met allerlei lensjes en moest je zeggen of het beter of slechter werd als die werden verplaatst. Nu gaat het bijna vanzelf via een ingenieus apparaat, en worden er gelijktijdig allerlei andere metingen verricht. Als alle gegevens zijn genoteerd, lopen we naar de wand met monturen. De tweede is raak. Verheugd kijk ik mezelf aan in de spiegel: “Deze look bevalt me uitstekend!” Ik krijg nog wat informatie en adviezen, en verlaat dan de winkel. Terug naar mijn laptop en mijn lenzen. Volgende week weet je niet wat je ziet!
Heel veel stranden in één dag
Net voor 7 uur word ik wakker. Darwin wil eten en eruit. We slapen in een pension in Zandvoort. Vandaag gaan we met onze BeagleVriend, Willow en Schoonzus 20 kilometer over het strand lopen voor de Hartstichting. We hebben € 845 opgehaald. En hebben er zin in, ondanks de slechte weersverwachting. Mijn schoonzusje heeft op de bank geslapen in ons appartement. En BeagleVriend heeft de kamer naast ons. Om half negen zitten we gezamenlijk aan een waanzinnig ontbijt. Daarna lopen we naar de start (en finish), hier 700 meter verderop. Het is een drukte van belang. Ruim 2000 mensen lopen 10, 20 of zelfs 50 kilometer. We registreren ons en wat later brengt een bus ons naar Katwijk aan Zee. Na een laatste plaspauze gaan we van start, ieder op ons eigen tempo. Dat van mijn Schoonzusje en mij ligt bijna gelijk. Darwin huppelt om ons heen en we kletsen gezellig. Na 3 kilometer begint het te miezeren. Regenkleding wordt tevoorschijn gehaald en we lopen door. Bij een stempelpost staat een lange rij voor de damestoiletten. Ik zie een mogelijkheid bij de heren en maak er gebruik van. Mijn verwijzing naar Darwin: “ik begeleid een heer” leidt tot hilariteit. Het regent en het regent, met een koude wind gelukkig in onze rug. We denken aan de vele donateurs die ons ook nu blijven aanmoedigen via een kletsnat iPhone-scherm. We zetten door. Als we de laatste hoek omslaan, zien we in de verte rode en witte lichten: de finish. Nog een klein stukje van 2 kilometer. Darwin heeft het moeilijk en ik houd hem goed in de gaten. Als het echt niet meer kan, wenk ik een patrouille van de kustwacht. “Mevrouw”, zegt hij, “jullie hebben zojuist de 20 kilometer-grens overschreden. Het is nog 500 meter naar de finish. En Darwin heeft zich net zo goed als u en uw gezelschap ingezet voor de Hartstichting. Stap in!” Hij zet ons bij de finishlijn af, waar niet alleen ik maar ook Darwin een medaille krijgt. En als we allemaal binnen zijn, maakt iemand een foto van een zeer trots team Beagles. Volgend jaar weer? Wie weet. Maar deze krijgt een vinkje.