Cesar says

img_1192.jpgBegin dit jaar was ik aanwezig bij een show van Cesar Millàn in Amsterdam. Het was geweldig. Zo gaaf om live op het podium te zien wat het effect is van jouw gedrag op een hond. Ik volg zijn denklijnen al jaren. Zijn opvatting dat een hond per definitie niet van knuffelen houdt, daar sta ik niet achter. Of wij hebben weer die uitzondering natuurlijk. Maar verder breng ik veel van zijn adviezen in praktijk. Op National Geographic bekijk ik de herhalingen van de herhalingen van zijn programma. Manlief kijkt meestal half mee vanachter zijn computer, en soms bespreken we een nieuw item gezamenlijk op haalbaarheid. Dus Darwin reageert op ‘tsk’ en holt tijdens het hardlopen keurig naast me zonder aandacht te besteden aan zijn omgeving. Leader of the pack in uitvoering. De komende week logeert Katrien bij ons. De hond van mijn schoonouders is vaker geweest en weet dat haar leventje hier enigszins afwijkt van thuis. En meestal is ze na een paar uur al weer helemaal gewend. Maar ze kijkt raar op, als Darwin netjes bij de voordeur gaat zitten wachten totdat wij als eerste het huis betreden. Normaal verdringen ze zich al nog voordat de sleutel in het slot gaat. Verbaasd vraagt ze Darwin om opheldering. Die haalt z’n schouders op en antwoordt: ‘Omdat Cesar het zegt!’

VIB

kerstcampagne 2017 coop‘Hebben we ideeën voor de kerstcampagne?’ Maar zat! En zo doken mijn collega’s en ik in een brainstorm. We werken voor een prachtig bedrijf en dat mag iedereen weten. En graag en bij voorbaat ook meedoen! Na enige ideeën over en weer, grapt mijn collega ‘Wie laat mijn rendier uit?’, dat is pas een mooie hulpvraag”. Maar in plaats van hilariteit, slaat deze slogan gelijk aan binnen het team. Op de website is ‘hond uitlaten’ een veelvoorkomende vraag, én aanbod. Waarom geen ‘rendier’? Onze professional op het gebied van kleur en vorm tovert gelijk een foto tevoorschijn van twee honden met een rendierpakje. Helaas is die niet rechtenvrij te gebruiken, maar ik veer gelijk op. “Onze Darwin heeft inmiddels een hele serie kerstfoto’s, zal ik eens kijken?” En zo gebeurt het dat onze hond ineens tot campagnebeeld is gepromoveerd. Trots en nieuwsgierig lanceren we de communicatie. Het gaat als een tierelier! Een aantal bekenden herkent uiteraard de eigenwijze blik. Als ik het onderwerp in kwestie het scherm van mijn mobieltje laat zien en de vele views, likes en deelacties, kijkt hij geïnteresseerd. En tovert dan een opgemaakt contract tevoorschijn: geen woorden, maar kluifjes! Ach ja. Je bent een Very Important Beagle of niet. Maar over de follow-up  campagne moeten we eerst nog maar eens om tafel.

 

Gelukkig

Tijdens DWDD afgelopen week vertelde Kim Putters dat we in Nederland eigenlijk best gelukkig zijn. We maken ons zorgen, zijn het niet overal mee eens en schromen nauwelijks om dat duidelijk te maken. En omdat we het per definitie niet unaniem eens zijn met elkaar, wekt dit ongenoegen op bij anderen. Maar het gaat dus best goed met ons. Het houdt me de dagen daarna regelmatig bezig. Manlief en ik worden ouder. Dat voel je met name ’s ochtends bij het opstaan. En als we veel lopen in Parijs. Maar de stramheid is over voordat ik onder de douche stap en meer dan 60 km in vier dagen doet ook menig jongvolwassene even naar adem happen. Darwin is fit en gezond, en dat geldt ook voor alle ouders. We hebben allebei een baan, en garanties tot aan je steeds verder opschuivende pensioen krijgt niemand meer. Dus ja, ook ik geef mezelf een royale 8,5. En toch, toch ben ik blij dat de datum van onze afspraak in het vizier is. Want ik ben in tegenstelling tot Manlief een beetje bijgelovig. Noem het voorzichtig. Want je kunt niet weten. Dus beter het zekere voor het onzekere. En daarom open ik stralend de voordeur als de heren aanbellen. Kom maar op, 2018! Een hand van een schoorsteenveger brengt geluk. Ik kreeg er vier, bij aankomst en vertrek!

Low battery

Vanuit een diepe slaap word ik onaangenaam tot bewustzijn gedwongen. Ik hoor een piepje. Net te indringend om te negeren, hoewel ik dat wel probeer. Barst! De batterij van een van de rookmelders is leeg. In de daaropvolgende minuten probeer ik de bron te traceren. Want dat heeft mijn vorige werkgever goed gedaan: ik ben volledig doorgeslagen waar het preventie aangaat. Er hangen zes rookmelders in ons appartement! Als ik de boosdoener heb uitgeschakeld, kruip ik snel weer naast Manlief. Die heeft al die tijd gewoon doorgeslapen. Om hem te wekken, moet je sterker in je sloffen staan. Maar net als ik wegzak in nieuwe dromen, hoor ik weer een piep. Verdraaid! Waarom die krengen er ’s nachts de brui aan geven, is me een raadsel. En dan heb ik het nog niet eens over het collectief optrekken! Maar ik heb wederom geen keuze. Ditmaal is het lastiger om op het geluid af te gaan. Zelfs Manlief moet eraan geloven. We stellen ons strategisch op. Maar begrijpen er steeds minder van. Dan open ik het kastje met de restanten van de verbouwing. Mijn kluskleren vol verfspatten, een halve fles terpentine, en … een rookmelder die nog opgehangen moet worden. Ik verwijder de batterij en grinnikend keren we terug naar de slaapkamer. Nog een paar uurtjes slapen. En hopelijk nu ongestoord!

Sneeuwinfarct

Steeds meer berichten bereiken ons: “Let op! Winterse buien!” De bedoeling van onze laatste dag in Parijs was uitslapen, uitgebreid ontbijten en na het uitchecken via Disney Village naar huis. Nog even lekker in de kerstsfeer shoppen en lunchen. Ik wist de tarieven van beide parkeergarages al. Maar zodra ik wakker word en naar het nieuws kijk, weet ik dat ik maar een ding wil: naar huis. We ontbijten wel uitgebreid, maar nemen dan afscheid. De navigatie geeft heel optimistisch 3 uur 42 aan. Wij weten wel beter. Via Info Traffic luister ik naar de Franse journaliste. Ze wordt na drie kwartier bijgestaan door de Gendarmerie: de driehoek Boulogne – Calais – Lille is onbegaanbaar door de extreme sneeuwval. “Ga niet naar het noorden!” Maar wij zien de zon en stukken blauwe lucht! En dus rijden we door, voorzichtig en rekening houdend met een extra overnachting ergens. Want de situatie verslechterd wel degelijk. Buurman haalt Darwin op bij de dagopvang en appt dat het nog net gaat. Wij rijden de Belgische grens over met een lichte miezerregen. Pas bij Brussel wordt het wit en zien we besneeuwde auto’s ons tegemoet komen. De navigatie kleurt oranje en rood. En dat blijft urenlang zo. Een keer slippen we weg. De rest van de route gaat stapvoets. “Wees voorzichtig” waarschuwen vrienden, familie en collega’s. En dat doen we. Ruim zeven uur later zijn we thuis. Buurman heeft de kachel hoger gezet en op tafel staat champagne. Buiten sneeuwt het steeds harder. We zien onze blauwe auto wit worden. En onze Beagle zich zalig uitstrekkend voor de vlammetjes. Wat een heerlijk weekeinde was dit!

Koperen feestje

Vandaag 12,5 jaar geleden beloofden we nog heel lang samen gelukkig te willen zijn. En Parijs wilde daar afgelopen dagen graag een positieve bijdrage aan leveren. We werden wakker met stromende regen, maar de zon brak door zodra we buiten kwamen, in tegenstelling tot de weerapp. Als eerste stond Musee d’Orsay op de agenda. Binnen splitsen we op om ons eigen tempo te kunnen bepalen. Maar sms-ten elkaar voortdurend wat we zagen! Een paar uur later wandelden we vanaf het Louvre naar Place de la Concorde. En na een korte pauze in het hotel liepen we van de l’Arc de Triomph via de Champs Elysees in kerstsfeer helemaal naar de Notre Dame. Daar vlakbij hadden we gisteren een pittoresk eettentje gezien: la Petite Hostellerie. Heerlijk gegeten met alweer champagne. Morgen gaan we weer op huis aan. Vanuit Nederland bereiken ons allerlei horrorscenario’s over code oranje en rood. Als je niet de weg op hoeft, kun je beter thuis blijven. De verleiding om nog een nachtje te blijven is dus groot. Maar we gaan toch maar kijken hoever we kunnen komen zonder sneeuwkettingen. Via een bliksembezoek aan Disneyland Parijs, dat wel uiteraard. Adieu Paris, tu etait formidable comme toujours!

Se reveiller et dormir

Als ik wakker word, zie ik een prachtige lucht. Parijs ontwaakt voor een nieuwe dag. We ontbijten ergens in de wijk bij een boulangerie en pakken dan de metro. Ik kan nog net naar binnen, maar de deuren sluiten onverbiddelijk voor Manlief. Gelukkig kunnen we elkaar via digitale wegen informeren. Het weerzien is ontroerend. We starten vandaag bij de Sacre Coeur en Place de Tetre. Overal staan lange rijen voor de ingang. De bewaking is streng, tassen moeten open en veel beveiligers hebben detectoren. We lopen door: het is heerlijk weer. Tegen koffietijd duiken we ergens achteraf een cafeetje in. Nog nooit zo’n heerlijk cappuccino geproefd! Verder gaat het weer langs allerlei bezienswaardigheden die we al eerder of nog nooit zagen. Als we eindelijk uitgekeken zijn, lopen we terug naar het hotel. Via Tripadvisor vinden we een geweldige Italiaan Il Grano op een kilometer afstand. Dat redden we nog net qua voeten. En de pizza’s zijn onvergetelijk! Op de terugweg zien we dat ook de Eiffeltoren eer betoont aan Johnny Haliday. Vandaag was zijn uitvaart: de televisie besteedt er veel aandacht aan. Moe, maar zeer voldaan sluiten we even later onze ogen. Morgen is het echt feest, maar we zijn al druk bezig met vieren.

Romantisch

Dit weekeinde zijn we 12,5 jaar getrouwd. En dat vieren we in romantisch Parijs. We arriveren aan het eind van de ochtend in het hotel. Na een hartelijke ontvangst begeleidt de receptioniste ons naar onze kamer: de mooiste van het hotel op de achtste verdieping met uitzicht op de Eiffeltoren. Gaaf! En er is nog een verrassing: een fles champagne met felicitatie van mijn collega’s. Superleuk! We installeren ons snel en pakken dan de metro naar het centrum. Het miezert een beetje, afgewisseld met wat witte vlokjes. Maar we zijn erop gekleed: het deert ons nauwelijks. We besluiten de Eiffeltoren via de trap te trotseren: 700 treden. En geen stap spijt van. Verder gaat het weer, kilometer na kilometer. We buigen voor het graf van Napoleon en kijken op tegen de Franse versie van het Vrijheidsbeeld. Een bezoek aan de Apple store mag niet ontbreken, al was het maar om op te warmen. De dag vliegt voorbij. We eten (en drinken) bij Hard Rock Café en nemen dan de metro terug naar het hotel. En terwijl de lasers vanaf de top van de Eiffeltoren het plafond af en toe verlichten, vallen mijn ogen dicht. Wat een perfecte dag.

Kom er eens kijken

zwarte_sidneyMijn neefje van vier staat in vol Sint Nicolaas-ornaat voor me, met zijn neefje als trouwe assistent naast hem. Ze genieten van alle aandacht. We zitten op het verjaardagsfeest van zijn moeder (en tante) en iedereen doet van harte mee met hun spel. Als ze weer naar boven willen vertrekken om verder te spelen, vraag ik verrast: ‘Hé, Sinterklaas, en de pakjes dan?’ Hij blijft in z’n rol: ‘Soms krijg je alleen iets lekkers, tante Dorine!’ en wijst naar de chips op tafel. Gierend trekken ze de kamerdeur achter zich dicht. Om na een half uurtje weer te verschijnen, nu met een doos vol speelgoed. Als hij voor me staat, zegt hij dat ik iets mag uitkiezen. Verheugd pak ik een knuffelbeest en zet het naast me op de bank. ‘En dan moet je het nu weer terugleggen.’ Ik kijk hem met grote ogen aan: ‘Mag ik ‘m niet houden dan? Ik vind ‘m leuk.’ Maar hij schudt zijn hoofdje over zoveel onbegrip: ‘Alleen kijken!’ Ik probeer het nog eens: ‘Sinterklaas geeft toch cadeautjes, om te houden?’ Even denkt hij na en zegt dan: ‘Nee hoor, het is net als in het liedje.’ En zingt: ‘Oh, kom er eens kijken!’ Waarna de hilariteit van de toehoorders hem volledig ontgaat, overtuigd als hij is van zijn gelijk.

Minimuis

Aan zijn stem hoor ik dat het ernstig is: “Kun je even een doosje of bakje brengen?” Als ik de huiskamer binnen kom met het gevraagde, zie ik Manlief en Darwin strak naar een hoek kijken. En daar zit een muisje. Een mini-exemplaar. Het voelt zich overduidelijk niet zo jofel. Over z’n flankje zit een flinke jaap, en hij bloedt. Gegrepen door een kat? Of net te laat ontsnapt uit de dierenwinkel met terrarium hiernaast? Als we ‘m behoedzaam in het bakje hebben gezet, kijken we elkaar aan. De oogjes staan dof. Hij ademt nog wel, maar heeft duidelijk veel pijn. Wat nu? We wegen de mogelijkheden tegen elkaar af. Iets zwaars op ‘m laten vallen? Voet erop zetten? Ik ben een stadskind en kan dat echt niet. Maar niks doen is ook geen optie. Het beestje verslechterd waar we bij staan. Ik kijk ‘m nog een keer aan en gooi ‘m dan door het open raam hoog in de lucht. We wonen op de eerste etage, dus hij valt vanaf een meter of vijf op de stoep. Als ik naar buiten loop, zie ik dat het is gelukt: hij is dood. Voorzichtig vouw ik hem in een papieren zakdoekje. En leg hem in het perk tussen de planten. Dag mini-muis, vandaag was niet jouw dag.