We moeten het nogal eens horen: ‘Voel je niet verplicht mij op sleeptouw te nemen, hoor. Ik vind niets zo erg als dat ‘Die Mutti immer dabei ist’ terwijl jullie dat eigenlijk niet willen!’ We hebben een goede relatie met mijn moeder. En vinden het helemaal niet vervelend om veel met haar op te trekken. Maar voor het geval we gaan twijfelen, biedt ze regelmatig een vluchtweg aan. Vandaag leek het wel ‘De Derde Dag’: het ging eigenlijk niemand echt goed. Broer, manlief en Vriend hadden niet lekker geslapen, moeder had veel last van haar schouder en schoonzusje was snipverkouden. Zelfs de kleintjes waren minder gezeglijk: Floppy had een waanzinnig goede dag (lees: voortdurend aandacht vragend) en Caitlynn vond slapen ‘echt zonde van de tijd!’ Na de lunch zei mijn moeder: ‘Gaan jullie nou lekker met z’n allen skieen. Ik pas wel op het grut.’ Na enige formele tegenwerpingen vertrokken we. Het was best druk en er zaten lastige stukken piste tussen. Maar het was heerlijk om samen buiten te zijn. Toen we langs een stube kwamen, zei mijn schoonzusje dat ze eigenlijk wel zin had in gluhwein. We pauzeerden met een versnapering en daarna ging het skieen nog soepeler! Met rode wangen en schitterende ogen kwamen we terug in het hotel. Mijn moeder verwelkomde ons ‘lichtelijk uitgeput’. ‘Maar jullie zo blij te zien maakt alles goed, hoor!’ Ze heeft gelijk: Mutti hoeft niet altijd dabei te zijn. Maar vandaag was het toch wel bijzonder fijn dat Grossmutti er was!
Maandelijks archief: januari 2010
Een warm bad
Als ik wakker wordt omdat Floppy heen en weer drentelt, is het zes uur. Thuis tijd om wakker te worden, hier niet. Maar vertel dat maar eens aan een hond die eruit wil. Dus ik pak mijn jack en loop op pantoffels met hem naar beneden. Als ik buiten sta, merk ik dat het sneeuwt. Als we een stukje hebben gelopen, blijkt hoe hard: we zijn allebei wit! Hij doet wat hij moest doen en stiekem genieten we allebei van de buitenlucht. Binnen geef ik hem te eten en leg ‘m weer in zijn mand: nog eventjes slapen! Als we om de geplande tijd weer wakker worden, sneeuwt het nog steeds, alleen wat harder. We besluiten ter plekke om niet te gaan skieen, er is hier nog veel meer om van te genieten. Na het ontbijt lijkt het weer op te klaren, dus veranderen we onze mening. Tijdens de vakantie mag dat. Het is even wennen na een jaar, maar al snel hebben we de smaak weer te pakken. Door de losse sneeuw moet je je techniek wel aanpassen. Manlief en Vriend maken een behoorlijke smak, maar zonder zichtbare schade. Als de sneeuwvlokken weer groter en dichter op elkaar vallen, houden we het voor gezien: genoeg voor vandaag. Floppy heeft zich keurig gedragen en ook Caitlynn is een voorbeeldig nichtje (duh, met zo’n tante!). Een en ander valt gelukkig prima te combineren. Als ik me in bad laat zakken, denk ik met een blij gevoel aan de afgelopen dag. Alle stress van de afgelopen periode glijdt van me af en verdwijnt met het badwater in het afvoerputje. Het is hier letterlijk en figuurlijk een warm bad. En dat is nog prettiger als het buiten goed koud is!
Ingepakt
Hij heeft zijn eigen koffertje. Met een aantal blikjes en een paar zakjes met kluifjes. Zijn favoriete knuffelaap. En de voetbal waar hij ’s ochtends mee speelt. En helemaal onderop een handdoek en een bus tapijtreiniger, voor het geval er toch een ongelukje gebeurt. Maar daar gaan we niet vanuit. Zijn jas ligt al bij de voordeur. Gelukkig zonder die gekke schoentjes. Liever koude tenen dan voor joker lopen. Zijn mandje wordt bovenop de grote koffer gezet. Zodat hij alles goed kan zien. En hij krijgt zijn eigen veiligheidsriem aan. Dan kan er niets gebeuren als de baas moet remmen. Hij is er klaar voor. Wat hem betreft kunnen we richting de sneeuw vertrekken!
Kilometers vreten
‘Maar hoe staat het nu eigenlijk met dat hardlopen van jullie?’, hoor ik je denken. Tja. Aan onze motivatie lag het echt niet. Maar het sneeuwde en bleef sneeuwen. En hoewel we een poging hebben gewaagd, was het duidelijk vragen om moeilijkheden. Dus hebben we het trainingsprogramma tijdelijk even opgeschort. En in plaats daarvan elke dag een stuk stevig doorgelopen. Toen het eenmaal begon te dooien, zijn we opnieuw begonnen. En het gaat goed. De opbouw is prima en we vinden het nog steeds leuk. Met mijn inspanningsastma is het daadwerkelijk hardlopen best pittig, maar manlief holt er als een jonge god vandoor zodra het signaal klinkt. Het is voor mij ook een sport om hier in de buurt een traject uit te zetten in mijn hoofd, zodat we precies op het goede moment weer voor de deur staan. Vanavond wordt het voor het eerst ‘echt serieus’: vijf minuten stevig doorlopen, dan drie minuten hardlopen, dit geheel nog een keer herhalen en dan vijf minuten uitlopen. Ben heel benieuwd!
Wonderbaarlijk
We worden wakker van tandengeknars en angstig gepiep. Naast me ligt Floppy paniekerig te hijgen en met verkrampte poten te spartelen. Zijn hart gaat vreselijk tekeer. Ik kniel naast hem neer en zie het gelijk: een hersenbloeding, en een stevige. Manlief probeert zijn kop te aaien, maar Floppy bijt naar zijn hand. Hij laat zijn blaas leeglopen en draait met zijn ogen. Ik kijk manlief aan: dit gaat fout. Ik bel het noodnummer van de dierenarts. Zijn eigen dierenarts heeft gelukkig dienst. Hij luistert naar ons verhaal en verwoordt onze gedachten: het ziet er niet goed uit. Na wat overleg heen en weer besluiten we het een half uurtje af te wachten: de dierenarts is standby voor het geval dat. Maar iets anders dan hem nu definitief de drempel over helpen, kan hij niet doen. Floppy is bang, maar hij heeft geen pijn. We zitten samen bij zijn mandje. Langzaam wordt hij rustiger. Hij wil staan en we helpen hem erbij. Hij waggelt van links naar rechts richting keuken. En gaat daar verwachtingsvol bij zijn etensbak staan. Na enige aarzeling geef ik hem wat. Het verdwijnt in twee tellen naar binnen. Blijkbaar krijg je honger van een hersenbloeding. Tot de vroege ochtend scharrelt hij door het huis. Hij wil niet liggen, alleen lopen. En het gaat steeds beter. Nadat ik hem buiten nog een plas heb laten doen en een andere mand heb gepakt, gaat hij eindelijk liggen. Ook wij sluiten onze ogen. Om 8 uur maakt hij me wakker, moe maar opgewekt. Hij wil naar buiten en hij wil eten. Er is op het eerste gezicht niets meer te zien van de afgelopen nacht. Tegen 11 uur bel ik de dierenarts. Ook hij vindt het wonderbaarlijk. ‘Maar ach’, zegt hij, ‘we hebben al zoveel met hem meegemaakt. Het is en blijft een bijzonder hondje!’ Hij adviseert Floppy een beetje met rust te laten en hem goed in de gaten te houden de komende dagen. En hangt dan op met een lach in zijn stem: ‘Het is blijkbaar zijn tijd nog niet, gelukkig maar!’ Als we aan de koffie zitten, komt Floppy met zijn bal aanlopen en kijkt ons verwachtingsvol aan. Hij heeft duidelijk niet meegekregen dat hij ons ook een beetje met rust moet laten. Want hij kan dan wel 11 levens hebben. Van ons rijtje is er vannacht weer een vanaf gehaald!
Alternatief
‘Uw watermeter is aan vervanging toe. Wij verzoeken u vriendelijk om aanwezig te zijn op onderstaande datum. Als dit moment u niet schikt, kunt u via internet een keuze maken uit een aantal alternatieven.’ Ik kijk naar de datum. Die is inderdaad niet handig. Samen met manlief zoek ik de bewuste internetsite. Na een aantal klikken vinden we de bewuste pagina. Helaas is er slechts een alternatief beschikbaar. Een uur eerder dan vermeld! Als we aangeven dat ook dat tijdstip niet uitkomt, verschijnt er een behoorlijk suggestief antwoord: als het dan echt niet mogelijk is om uit alle alternatieven een andere keuze te maken, dan moeten we maar even telefonisch contact opnemen. De mevrouw aan de andere kant van de lijn klinkt onthutst. Slechts een alternatief is inderdaad niet gebruikelijk. Maar wij zijn de enige in onze wijk, dus de monteur moet er speciaal voor komen. Mijn antwoord dat het dus voor hem niet zou moeten uitmaken op welke dag hij ervoor moet omrijden, wordt niet in dank aanvaard. Uiteindelijk vinden we samen een datum waarop ik een paar uur kan thuiswerken terwijl de watermeter wordt vervangen. Ik bedank haar voor de moeite en verbreek de verbinding. Teveel keuzes is niet fijn. Klantgerichtheid wel!
Hoogbegaafd
‘Ben je op tijd thuis? Het begint om half 9!’ BNN presenteert voor het 10e jaar de Nationale IQ-test. We hebben ‘m al twee keer eerder gedaan, en zijn toen beide keren allebei op 139 uitgekomen. Een prima resultaat. Dus waarom zou je jezelf weer in de zenuwen gaan zitten werken? (smoes 1) En ik ben fanatiek aan het sporten, dus wil het aquasporten liever niet overslaan (smoes 2). Daarnaast duurt het tot tien voor elf, en dat is een stuk na mijn bedtijd op een doordeweekse dag (smoes 3). Uiteindelijk ga ik overstag en even later zitten we driftig mee te schrijven. Het eerste stuk gaat probleemloos: taal is mijn ding. Maar die cijfertjes. Ik zucht en mopper erop los. Als de antwoorden worden gegeven, ga ik steeds rechter zitten. Goed, goed, goed, zelfs die gok is goed! De tabel met de uitslag vind ik eigenlijk nog het lastigste van allemaal. Maar met hulp van manlief zie ik 147 verschijnen achter mijn 52 goed ingevulde vragen. Jubelend ga ik naar bed. Wat is het heerlijk om een keer hoogbegaafd te zijn.
Best vrolijk
De wekker gaat. In de badkamer is het lekker warm. En Floppy werkt mee tijdens het uitlaten: geen eindeloos gesnuffel maar gewoon doen wat hij moet doen. We zitten op tijd in de trein. Het laatste stukje naar kantoor loop ik op de maat van een paar oudere nummers van Michael Jackson. Jeugdsentiment, maar ach. Mijn collega’s begroeten me opgewekt: we gaan er tegenaan vandaag! Twee projecten die eind volgende week op stoom moeten zitten. Ik heb een paar vragen, maar die worden snel en goed beantwoord. Off we go! Een collegavriendin neemt me mee uit lunchen. Het smaakt goed en we kletsen gezellig even bij. Dan roept het werk weer. Terug in de trein naar huis hoor ik dat het de laatste vandaag is die zonder storing op dat traject rijdt. Dit betekent, dat ik manlief eerder op de route moet gaan ophalen met de auto. Maar ach: dan kan ik mooi ook die andere nummers van MJ’s LP Triumph beluisteren. Ik zing enthousiast mee: ken de teksten nog steeds van buiten. Thuis starten we ons trainingsprogramma voor het hardlopen weer op. Het gaat een stuk gemakkelijker nu de sneeuw is verdwenen. Als ik aan het eind van de avond na een spannende aflevering van CSI New York en Bones moe maar blij in bed rol, denk ik: ‘Goh, voor de wiskundig vastgestelde meest depressieve dag van het jaar was ik toch eigenlijk best vrolijk.’
Uitlachen
Samen met een collega sta ik met een informatiestand op een introductie-bijeenkomst voor nieuwe medewerkers. Ons bedrijf valt onder een heel grote mantel, dus het is een drukte van belang. Maar het is ook lunchpauze, dus het enthousiasme is niet zo heel groot. Er is duidelijk sprake van een forse concurrentie met de belegde broodjes. Na een half uurtje komt er dan toch beweging in en vertel ik geïnteresseerde toehoorders over ons beleid en marketingdoelstellingen. Als we na een uurtje weer opbreken, staat ineens de buurvrouw naast ons. ‘Hier, ik heb er nog een paar over, misschien leuk voor thuis?’ en ze overhandigt een DVD met alle reclames van Centraal Beheer. Leuk!! Terug op kantoor zetten we ‘m gelijk even op en worden omringd door een aantal collega’s. Regelmatig klinkt gelach: CB heeft altijd aandacht voor de humoristische lijn. Als de reclame met de leeuw op dak van de auto voorbij komt, volgt gelijk een werkgerelateerde discussie. Ze hebben er in 2004 een gouden leeuw mee gewonnen. Het gezin rijdt de garage naast hun huis in en de leeuw bukt voor de lage deur. Zonder na te denken zeg ik: ‘Kijk, dat vind ik dus jammer. Dat is niet geloofwaardig!’ Een collega schatert het uit: ‘Nee, dat die leeuw op het dak meelift is wel normaal zeker!’ Ik lach mee, inderdaad niet zo’n handige opmerking. Maar even later haal ik mijn schouders op. Ach, het is vrijdagmiddag. En een dag niet uitgelachen zijn, is een dag niet geleefd!
Nieuw, nieuw, nieuw!
Een nieuw jaar is van start gegaan. Met een nieuwe functie. Nieuwe collega’s. Een nieuwe leidinggevende. Allerlei nieuwe indrukken op mijn nieuwe werkplek. Het zal je dus niet verbazen dat ik de kriebels kreeg bij het zien van de kilometerstand op onze auto: 97.000. Tijd voor iets nieuws? En dus gingen we een kijkje nemen in een aantal showrooms. We hadden het plechtig aan elkaar beloofd: alléén kijken. Tja. De geest is sterk maar de wil is zwak. Want ik hoefde maar één blik op deze auto te werpen en ik was volledig verkocht. Hij wordt standaard geleverd met een bijbehorende brede glimlach. En we kwamen zelfs onder het vastgestelde maximumbedrag uit. De handtekening was net zo snel gezet als dat het besluit was genomen: die is van ons! Eind volgende week mogen we ‘m ophalen. Kan nauwelijks wachten!