Onwennig

BeaglesIk voel me helemaal niet lekker. Zeurende pijn in mijn buik. Onbestemd gevoel. ‘k Kan me moeilijk concentreren. Drentel wat door het huis heen: pak iets op om het een stukje verder weer weg te zetten, mijlenver van de werkelijkheid. Begin aan de afwas en vergeet halverwege waar ik mee bezig was. Manlief vraagt wat en moet zijn zin tweemaal herhalen. ‘Jij kijkt een beetje wezenloos …’, zegt hij uitnodigend. Ik pak een zakdoek en mompel iets over een griepepidemie, terwijl ik hem met waterige ogen aankijk. Ik houd me groot, maar voel me diep van binnen heel klein. Darwin kruipt stilletjes op schoot en gaat dicht tegen me aan zitten. De blik in zijn ogen zegt voldoende: herkenning. De logeetjes zijn vertrokken. Pas 45 minuten geleden. En ik mis ze nu al! Heb ik nu een emptynestsyndroom?

Goudlokje

Ons huis is bewust ingericht op leefbaarheid. Voor ons, voor onze gasten, voor onze logés en voor onze Beagle. We houden van warmte, van gezelligheid, van sfeer. En onze hond houdt daar rekening mee door zoveel mogelijk dat wat buiten dient te gebeuren ook buiten te laten gebeuren. En binnen te houden wat er binnen moet blijven. Sinds drie weken hebben we twee logeetjes. Vooraf hebben we de huisregels goed doorgesproken. Ook zij mogen en moeten zich thuis voelen. We doen niet moeilijk en gevenIMG_6438 grenzen duidelijk aan. En zij volgen daarin ons voorbeeld. Zo kan het gebeuren dat de richtlijnen voor de distributie van etenswaren transparanter moeten worden opgesteld. Omdat er dus als je niet uitkijkt van jouw bordje wordt gegeten. Kan gebeuren, geen probleem, lossen we op. Datzelfde geldt min of meer voor de drankvoorraad: waar wij dachten dat de drinkbak op de grond een duidelijk signaal aangaf aan degene voor wie deze bestemd is, bleek hier volop ruimte voor verbetering. Ook daar hebben we gehoor aan gegeven en wijzigingen aangebracht. Maar dat zelfs de  door ons nadrukkelijk toegewezen slaapplaatsen voor verwarring zorgden, dat hadden we niet verwacht. Het bewijs dat we er nog niet zijn, werd vanochtend haarfijn aangeleverd. De deur van de logeerkamer is normaal gesproken dicht. Toen ik terugkwam van een afspraak, stond deze open. Op zich niet vreemd: je kunt je eens vergissen. Totdat ik het bed zag. Het dekbed was tot een comfortabel nest gevormd. Een aangename, warme kuil ter grootte van een Beagle. Die richtlijnen goed tussen de oren krijgen, heeft dus nog heel wat pootjes in aarde. Toch zijn we er nu uit. Denken we. De komende anderhalve week zal blijken of onze constatering klopt. Ben heel benieuwd en op alles voorbereid. Gewoon voor het geval dat. Want een gewaarschuwd mens telt voor twee. Maar dat is nog steeds zwaar in de minderheid van drie Beagles.