Ardennen

De regelmatige lezers weten genoeg: we hebben een hectische tijd achter de rug. Leuke dingen, zoals De Jurk en minder leuke zaken als de ernstige ziekte van een vriend. We zijn er dus hard aan toe om er even helemaal tussenuit te gaan. Geen telefoon of internet (snik), maar warme sokken en veel buitenlucht. Geen wekker of afspraken, maar een open haard en een dvd-speler. Een stapel boeken. Chocomelk met slagroom. Herfstkleuren. Kortom: we zijn er even vantussen. Fijne week! We komen terug, maar nu even niet.

Gemakkelijk

Terwijl mijn verloofde de auto uitlaadt, loop ik door naar de keuken. Ik pak voorzichtig een van de antieke portglaasjes uit de kast. Ik heb er twee van mijn schoonouders gehad en ben er erg trots op. Ik vul het glaasje met port, lekker in deze tijd van het jaar. Dan open ik de koelkast en roep tegelijkertijd: “Wil je een bockbiertje of een gewoon?” Mijn verloofde vraagt hoeveel bockbiertjes er nog zijn. Ik kijk even en roep dan: “Geen”. Hij antwoordt: “Doe dan maar een gewone!” Was het leven altijd maar zo gemakkelijk!

Toen

Het gaat naar omstandigheden goed met onze zieke vriend. Hij is kilo’s afgevallen, krijgt bloed bij om zijn vermoeidheid de baas te kunnen en heeft zijn tweede chemotherapie achter de rug. Over een paar weken weten we of het aanslaat. Hij is realistisch, waardoor het niet moeilijk is hem te bellen of te bezoeken. En dat gebeurt dan ook veel en vaak door familie, vrienden en collega’s. En wat zo grappig is: contacten van toen om hem heen worden ineens weer afgestoft en aangehaald. Er is een heel netwerk aangelegd, als vanzelf, waarin we elkaar op de hoogte houden van zijn wel en zijn wee. Waar we elkaar eerst wat afstandelijk groetten in de zakelijke wandelgangen, maken we nu een praatje. Vaak gaat het niet eens om hem! Merkwaardig toch, de impact van zo’n ziekte. Maar ook ontroerend en warm!

Suikertante

Mijn schoonzusje stond op het antwoordapparaat. Ze had soep gemaakt en of Floppy interesse had in het schenkeltje. Tja. Ik maak zelden soep. Ik houd er niet zo van. Terwijl de meeste supermarkten zeer handige soeppakketten hebben. Maar Floppy is stapelgek op die botjes met merg in het midden. Hij heeft er standaard drie in voorraad. Daar knaagt hij op, al is het laatste sliertje vlees allang weggegeten. ’t Is goed voor zijn tanden. En als de baas gaat stofzuigen, is het het eerste dat in veiligheid wordt gebracht. Ik hoefde dus niet lang na te denken over het antwoord: ‘ja, heel graag’. Floppy is het zelf gaan halen. Hij heeft geen suikertante, maar een schenkeltante!

Geheugen

Natuurlijk hoort een strandwandeling te worden afgesloten met iets lekkers, dus doken we een strandtentje in. Toen de serveerster vroeg wat we wilden drinken, gaven we onze bestelling op: twee cappuccino, een gewone koffie, een thee en een warme chocomelk. En daarnaast een waldkorn gezond, een tosti ham-kaas en voor mij een pannenkoek met appel en kaas. Terwijl ze wegliep, zeiden we tegen elkaar dat het toch een kunst op zich was, een bestelling voor vijf personen onthouden. Een paar minuten later keerde het meisje terug: “Sorry, hoor, maar willen jullie de drankjes nog een keer herhalen?” We lachten en herhaalden onze wensen. De drankjes werden gebracht, en even later de tosti en het broodje. En toen niks. En dat bleef niks. Uiteindelijk hebben we het nagevraagd. Wat bleek, ze was de hele pannenkoek vergeten! Inderdaad een hele kunst, zo’n bestelling onthouden!

Texel

Vandaag even heen en weer geweest naar Texel. Mijn moeder wilde graag twee schapenvachten voor op de bank en die had ze met haar verjaardag toegezegd gekregen. In februari dus! Het was er gewoon nog niet van gekomen. We hadden geen files en de boot voer in verband met de herfstvakantie tweemaal per uur in plaats van een keer. Eerst een lange strandwandeling met een flinke wind. Heerlijk. Alle spanningen van de laatste weken vlogen tussen mijn oren uit. Toen naar de zeehonden van Ecomare. De door ons geadopteerde zeehond was er nog steeds, hij wordt niet meer uitgezet omdat hij toch telkens terugkomt. Wat wil je met zulke adoptieouders! En als laatste dus de schapenvachten. Met een lekkerbekje achter de kiezen togen we weer terug naar huis. Het mooie kapsel van gisteren is verleden tijd, maar we hebben een heerlijke dag gehad.

Open dag

Mijn kapster is zelfstandig ondernemer geworden. Een paar dagen geleden is haar zaak officieel geopend. Trots liet ze me het pand zien. Ik vroeg haar wanneer de Open Dag gepland was. ‘Komt er niet’, zei ze meteen. Verbaasd vroeg ik haar naar de reden. ‘Dat is heel eenvoudig. Als ik een Open Dag geeft, komt daar uiteraard veel volk op af. Gezellig met een hapje en een drankje. Terwijl een deel daarvan niet terugkomt als klant. Daarom geef ik mijn klanten liever iets extra’s!’ En zo kwam het dat ik met een keurig gekapt hoofd en een grote bos bloemen even later weer buiten stond. Leuk!

Parkeertalent

Het is niet eens een groot geheim: ik kan echt heel goed achteruit parkeren. Zelfs in een mij onbekende auto heb ik een nagenoeg feilloos gevoel voor afmetingen. Aan beide kanten 10 cm parkeerruimte is voor mij genoeg. Dus toen ik dit spel vond, leek het mij een peuleschil. Gewoon doen alsof je in de bewuste auto zit en parkeren. Ik keek zelfs al in het bijbehorende prijzenoverzicht naar de bovenste regionen. Blijkbaar ontbrak het mij aan nederigheid.

Sporten

In de sportschool zit naast me een duidelijk verveeld meisje op de fiets. Haar tempo is laag en valt soms zelfs even stil. Als ik wat beter kijk, zie ik dat er op het bedieningspaneel voor haar een kruiswoordpuzzel ligt. Ze vult het tijdens het sporten in! Op zich niet eens zo’n slecht idee; ik verveel me af en toe ook als ik 20 minuten ‘stil’ moet zitten. We peddelen een tijdje gezamenlijk op. Dan stap ik over naar de steps en zij loopt naar de loopband. Het boekje gooit ze op een tafeltje. Als mijn oog erop valt, moet ik toch wel even lachen. Het kruiswoordboekje heet namelijk ‘topsport’.

Kennismaking

We stonden wat met elkaar te kletsen in afwachting van de personeelsbijeenkomst, toen een nieuwe collega aansloot. En hoewel een aantal van ons haar niet kende, zei ze niets. Ik kan er niets aan doen, ik mag haar gewoon niet zo. De eerste indruk was niet prettig en de aansluitende contacten niet veel beter. Een van mijn collega’s stak zijn hand naar haar uit. ‘Ik geloof niet dat wij elkaar al kennen’. Ze pakte zijn hand en stelde zich vervolgens ook aan de rest voor. De laatste drukte haar hand even, maar zei: “Wij kennen elkaar al, we zaten vanochtend in hetzelfde overleg”. De voorlaatste collega viel hem bij: “Je hebt je begin vorige week ook al aan mij voorgesteld, maar het zal best lastig zijn, al die nieuwe gezichten!” Ze keek hem indringend aan en toen klaarde haar gezicht ineens op. “Nu weet ik het weer! Maar geen wonder dat ik je niet herkende, je had toen heel andere kleren aan!!!” Ze meende het nog serieus ook en was zwaar gepikeerd dat wij in lachen uitbarstten!