Gelijk hebben, gelijk krijgen

Zo af en toe blader ik door het boek ter gelegenheid van onze trouwdag. Veel, heel veel familieleden en vrienden schreven er lieve en vaak zelfs leuke woorden in. En telkens weer stoort het me als ik de brief van de vader van mijn vriend zie. ‘Bedankt voor de uitnodiging maar ik ken haar niet goed genoeg om een bijdrage te leveren.’ Hij kende me al 24 jaar! En in al die tijd had ik blijkbaar nooit iets gezegd of gedaan wat de moeite van vermelden waard was. Vandaag is zijn uitvaart. Midden in het leven staand is hij ineens overleden. Ik luister naar de vele verhalen die over hem worden verteld. Alle stoelen zijn bezet en tegen de muren staan zeker nog 60 mensen. Hij zat in talloze commissies en leidde na zijn pensionering een zo mogelijk nog drukker leven. Gaf les op school en participeerde in de raad van de Volksuniversiteit. Achter me mompelt iemand dat hij nog nooit zoveel leden op de vergaderingen aanwezig heeft gezien als nu vandaag. Af en toe lachen we met z’n allen als een van zijn grapjes wordt gememoreerd. Of als zijn ‘licht tot zwaar verbrande worstenbroodjes bij de nieuwjaarsbijeenkomst’ ter sprake komen. Omdat hij het zo druk had het zijn gasten naar de zin te maken! Als ik langs de kist loop, bedenk ik me dat we elkaar inderdaad nauwelijks bleken te kennen. En met een laatste groet geef ik hem alsnog gelijk. ‘Dag Vader Van, goede reis en rust zacht.’