‘Ik ben nu vlakbij en zal naar je zwaaien!’ Manlief werkt nog een paar weken halve dagen in verband met het revalidatie-programma. En vertrekt dus op andere tijden naar kantoor, waardoor we tijdelijk niet samen treinen. Maar het spoor loopt vlak langs ons kantoor. En dus zie ik zijn trein regelmatig voorbij rijden. Ik loop naar het raam in afwachting van het zwaaimoment. Een collega informeert naar de reden van mijn actie. Als ik hem vertel dat manlief zometeen passeert, komt hij naast me staan: ‘Ga ik gezellig ook zwaaien naar hem, leuk!’ Zijn voorbeeld wordt snel gevolgd door een aantal andere collega’s, waardoor we tot grote hilariteit van de overige aanwezigen ineens met een groepje van zo’n acht personen in de startblokken staan. Als de geel met blauwe trein voorbij glijdt, zie ik ineens iemand met een krant zwaaien. ‘Daar, daar zit hij!’ Iedereen wuift heel enthousiast tot de trein om de bocht verdwijnt. We lopen nog nalachend terug naar onze werkplek. Manlief vertelt later dat zijn medereizigers ook positief hadden gereageerd. Wat zou het leuk zijn als er vaker tijdens de treinreis over en weer werd gezwaaid. De sfeer wordt gelijk een stuk meer ontspannen!